Ik had Treindromen al een gelezen van Denis Johnson en dat beviel erg goed. De naam van de wereld is ook weer een ijzersterke novelle. Het boek verscheen al in 2000 maar is nu pas vertaald.
Het is het verhaal van Mike Reed, een assistent-professor en voormalig medewerker van een senator in Washington. Hij is vier jaar geleden zijn vrouw en dochter kwijtgeraakt bij een auto-ongeluk. Dit is het verhaal van zijn onthechting daarvan. Een rouwverhaal, maar het is veel meer dan dat.
Als we aanhaken in het leven van Mike zien we dat hij langzaamaan weer dingen onderneemt. Hij bezoekt etentjes, een museum, maar hij vindt baat bij rituelen. Het kunstwerk in een museum, gemaakt door een slaaf, dat hem raakt en dat hij vaak opzoekt. De gesprekken die hij in zijn hoofd voert met zijn denkbeeldige vriend Bill, waarvan Bill bestaat maar de vriendschap niet.
Hij ontmoet vrouwen, wat de eerste paar jaar ondenkbaar was. Dat voelde als verraad aan zijn eigen vrouw en aan zijn rouw. Nu raakt hij geïntrigeerd door Flower Cannon, een meisje van 26. Zij is studente, performance artieste, celliste en naaktmodel en Reed komt haar overal tegen. Zij leidt hem onbewust wegen op die hij voorheen nooit betrad.
Dat gebeurt helemaal als hij ook nog zijn baan kwijtraakt. Hij bezoekt een goktent waar hij klappen krijgt. Met Flower, die daar ook een act doet rijdt hij weer terug, maar eerst belandt hij in een geloofsgemeenschap van het Friesland Fellowship. De zinnen die Johnson achteloos in het rond strooit zijn soms prachtig;
Ieder geluidje steeg krokant op en werd dan ver weg gevoerd door de bries, de lichte gestage wind over de korst van de wereld, het klikken van haar portier en haar hakken en tenen op het grind.
Flower is een sterk personage en belangrijk in het verhaal. Hoe ver ze gaan zal ik niet verklappen, maar het verhaal van haar jeugd en de verklaring van haar naam doen hem denken aan zijn eigen dochter;
Wat verbond deze woorden van Flowers lippen met het ongeluk dat mijn gezin het leven kostte? Door die woorden begreep ik dat ik de dood van mijn dochter niet langer kon verdragen. Het zou me kapotmaken. En ik zou het moeten laten gebeuren.
Reed laat uiteindelijk los. Hij vertrekt en wordt oorlogsverslaggever in Irak. Maar het had wat voeten in aarde en dat leest u in dit verhaal. Daarmee is het een rouwverhaal, maar het is ook een kritiek. Op de maatschappij zo u wilt, er wordt geschoven met mensen en posities en daar moet men maar mee omgaan. Het is ook een psychologisch verhaal. Is hij nu uit de rouw of niet? Waar zitten zijn emoties nu precies? Hij koopt een BMW in een opwelling, zoekt ruzie met in een auto passerende jongeren maar houdt vast aan bepaalde gewoontes. Het zou een van emoties bolstaand verhaal kunnen zijn maar dat is het niet. De lezer zit er maar mooi mee.
Johnson beschrijft het allemaal zeer to the point, zonder opsmuk. In het nawoord van Auke Hulst lezen we dat Johnson dit ‘naakt schrijven’ noemde. Hij hield het zijn studenten voor;
‘Schrijf in bloed, alsof inkt zo kostbaar is dat je het niet kan verkwisten.’
Het lijkt of het korte verhaal Johnson past als een jas maar ik heb inmiddels Een zuil van rook in huis van hem en dat telt dan weer 658 pagina’s. Ik ben daar erg benieuwd naar.
Vertaling; Peter Bergsma