Over De Goethe industrie van Boudewijn Büch kan ik eigenlijk vrij kort zijn. Het is een uitbreiding van zijn boek Goethe en geen einde, dat ik hiervoor besprak. Is het daarmee dan een overbodig boek? Niet echt. Büch schrijft dit boek niet in plaats van het vorige boek maar als uitbreiding. Hij verwijst er ook naar. Dat neemt niet weg dat er een aantal doublures in staan, maar er staat genoeg nieuwe stof in. Een voorbeeld, waar Büch eerder melding maakte dat er een kookboek bestaat in relatie tot Goethe, krijgt u nu een hele rij kookboeken voor de kiezen. Je kan er maar om verlegen zitten.
Er staan ook meer interessante feiten in het boek, zoals het feit dat onze staatsman Johan Rudolf Thorbecke Goethe gekend heeft én liefhebber van zijn werk was. Toeval bestaat niet, de biografieën van Goethe en Thorbecke staan in mijn kast gebroederlijk naast elkaar. Als ik in het personenregister van die van Thorbecke kijk (deze heb ik nog niet gelezen) komt Goethe er inderdaad veelvuldig in voor.
Het gaat ook over het oeuvre va Goethe zelf. Dat is zeer omvangrijk en Büch had het compleet op een vrij kostbare cd-rom, de Chadwyck-Healy-editie. Hij geeft wel aan dat Goethe’s oeuvre begin 2000 nog steeds uitermate verspreid uitgegeven wordt en dat er nog steeds geen integraal, laat staan wetenschappelijk verantwoord, volledig werk is uitgegeven. Ik ben zelf ook wel eens op zoek gegaan naar zijn volledige werk, maar zeker in het Nederlands ken ik nog steeds geen integrale uitgave van Goethe’s werk.
Vooruit; nog even een voorbeeld van de eindeloze stroom wonderlijke boeken die in relatie tot Goethe worden uitgegeven, dat blijft de kern van dit boek. Wat dacht u van een boek met de titel Hier war Goethe nicht. Biographische Einzelheiten zu Goethes Abwesenheit. Zo is er ook een boek dat heet Jefferson und Goethe. Jefferson als in Thomas Jefferson, de derde president van de Verenigde Staten. Kenden zij elkaar dan? Welnee, ze waren slechts synchrone tijdgenoten, maar ene Ekkehart Krippendorff zag kans er een boek vol over te schrijven.
Het helpt overigens wel als u de Duitse taal een beetje machtig bent, want er wordt ruimhartig door Büch geciteerd, soms tot hele krantenberichten aan toe, en dat wordt nergens vertaald. Het is mooi om te lezen dat Büch, in zijn enthousiasme, ook niet schroomt om Goethe even terecht te wijzen. Dat gebeurt als Goethe hoog opgeeft over de kathedraal van Straatsburg als “het grootste meesterwerk van de Duitse bouwkunst”. Büch;
Het is al vaker opgemerkt: hier slaat Goethe door, want toen men in 1015 met de bouw begon, was er nog helemaal geen sprake van de Duitse ‘bouwkunst’ maar van ‘gotisch’.
De auteur gaat in dit boek ook verder met de in het vorige boek geponeerde stelling dat Goethe voor allerlei karretjes gespannen werd. Zo ook door de voormalig leider van de DDR, Erich Honecker. Toen deze voorzitter was van de Freie Deutsche Jugend (FDJ), schreef hij een rede waarin Goethe vrijelijk gebruikt dan wel misbruikt werd;
Goethe was een voorstander van ‘de vooruitgang’ en hij ageerde tegen ‘volkerenhaat’, Goethes invloed zou onafscheidelijk verbonden zijn met het ‘nationale bewustzijn’ en de Duitse jeugd zou er het beste aan doen voor Goethes ‘Geistergrösse’ te buigen. Kortom: platte retoriek.
Gevaarlijker is het als men hem voor de nationaal-socialistische kar wenst te spannen. Goethe was een kind van zijn tijd en hij heeft, dat valt niet te ontkennen, welzeker uitspraken gedaan die als antisemitisch te classificeren zijn. Hitler kende zijn Goethe en heeft daar meermalen gebruik van gemaakt.
Büch kende zijn Goethe volgens eigen zeggen ook en dat levert dan weer vermakelijke lectuur op, als hij in een archief manuscripten niet mag inzien omdat de Goethe die daarin zou voorkomen niet zou stroken met de ideeën van de toenmalige arbeiders- en boerenstaat-Goethe. Büch daarover;
Het werd mij weliswaar niet met déze woorden meegedeeld, maar toch; ik ken mijn Goethe en ik ken zijn archiefhouders.
Er staat nog veel meer in het boek. Het gerommel met de grafkist van Goethe, waarom werd het ding opengemaakt? Büch maakt een uitstapje naar Mussolini, die zich ook van Goethe bediende en hij verhaalt over hoe Holland een foute Goethe kreeg. Alles op zijn Büch’s en ik vind dat zeer onderhoudend. Voor de geïnteresseerden levert Büch in aparte katernen nog uitgebreide leeslijsten mee. Veelal buitenlandse uitgaven, dat wel.